Verloren

 

Er was een bloem die haar ontplooide
pracht gewillig aan een  windvlaag had
geschonken, uit vrees geplukt te worden,
en met haar armen had ze ook haar geuren
plechtig overhandigd , die nu zweefden
over alle stranden, velden, groene bossen,
en in paleizen hoge waardigheden in opperst
ongeloof kreten liet slaken van verwondering
alsof ze niet geloofden dat ze zelf niet meer
het middelpunt waren van wereldse bewondering.
Ik ben mezelf niet meer, ik heb mezelf verloren.
Toen ik dan wandelde doorheen de tuinen van
mijn jeugdherinneringen en plots besefte dat hun
kleuren en hun geuren niet meer tevoorschijn
kwamen, besefte ik dat ik ze veilig had geborgen
in de kamer van mijn kinderen, tot het jongste
me met een glimlachend verlangen aankeek en
ik ze plots  meteen herkende, alles werd licht,
en in dat helder schijnen vond ik een schitterende
bloem, die ik onbevreesd ontving met open armen,
nam ik haar dankbaar in mijn handen, en werd ik
een geurende aanwezigheid gewaar. Ik was mezelf
niet meer, ik had mezelf verloren.

Plaats een reactie