Zeer persoonlijk portret door Jan Bultheel over mijn zoon Wide, striptekenaar, graficus, illustrator, en zo veel meer. Film en gefilmde vloeien in en door elkaar en vormen aldus een nieuw, uniek kunstwerk. Centraal staat het scheppingsproces, dat zich al kan uiten in zoiets banaal als koffiezetten.
Kismet
Tussen mijn vingers wemelt gras,
nog droog en niet ontkiemd,
het wacht op grond om in te aarden,
zoals de letters die je achterliet
in brieven die ik nog enkel lezen kan
als ik mijn ogen sluit.
Ik laat ze groeien tot verhalen
waarin verlangen wordt gevoed
dat zoveel jaren al, zoveel jaren wacht
op wederwoord.
Tussen mijn vingers wemelt gras,
nog droog en niet ontkiemd,
ik laat het dansen in mijn schoot,
en als ik strooi
zie ik hoe wind zich meester maakt,
verdeelt en heerst,
en schijnbaar met de grootste willekeur
dit leger neerlegt in de omgewoelde aarde.
Het jaar nadert zijn laatste maand
en dag na dag probeer ik vrucht te zien
van hun verlangen.
Een vreemde angst doet me de keel dichtknijpen,
ik verlies houvast, ankering.
Er komt geen wederwoord,
geen slagorde die oprijst
uit dit ordeloze niemandsland,
dit kerkhof van de hoop.
Ik sluit de ogen maar
en zie hoe halmen wuiven
tussen de schoongewassen duinen,
hoe golf na golf verlangen aanspoelt
en ordelijke kammen achterlaat,
ik word bedwelmd door wederwoord.
Mijn vingers strelen het ontkiemend gras,
geaard verlangen.
Geopend zijn de ogen
aan de hemelpoort.
Lippelo, Lippelobos, Kruisheide, 15 november 2015
Avondval
De avond valt
hij laat zich kennen
het is even wennen
wennen aan jou
die al in de nacht wil dwalen,
– zoveel verhalen
zoveel zinnen, –
weinig woorden
om jouw ogenblik
te vullen want
de avond valt
hij laat zich kennen
het is even wennen
want opnieuw begeef ik mij op weg
ik wankel en
ik wil bekennen
aan jou
met jou
aan je lippen toevertrouwen
hoe je mij de adem afsneed
hoe mijn vingers zich
om deze strakke koord
om dit maar telkens weer
zich spannend kluwen
strengelden
verstrikt
gestikt in
deze avondval
die zich nu laat kennen
het is even wennen
maar dit uur is me vertrouwd
want ik wen aan jou
die zoals steeds
in deze nacht wil dwalen,
maar eerst de avond
deze avond
zie hoe hij valt:
laat ons klinken,
zingen, stampen,
stampen
en verdampen
zachtjes wennen
aan de avondval.
(Markt, Londerzeel, 23 oktober 2015, 22:20)
Fluisterverhaal
Dat ik de sterren liefheb of de zon
is geen geheim, dat ik de maan bemin,
de schemering, het ochtendgloren,
de zachte wind over de golven:
ik strooi dit alles uit in alle talen,
maar jouw verhaal fluister ik slechts,
het is gedeelde vreugde, een diepe bron
waaruit het water stroomt waarin wij
steeds opnieuw geboren worden.
Kringloop
Op stenen vleugels vliegen wij
de hemel uit, allen, van heinde
en van verre, want wie ik ben
heb ik gekregen van mijn vaders
en mijn moeders die mij zijn
voorgegaan en in hun spoor
draag ik mijn hele zijn, de vraag
waarop wij antwoord willen weten
ligt hierin besloten, het is geen last
op onze schouders maar een bron
die niet vergoten maar dagelijks
gedronken wordt, het is het water
waar mijn kinderen van leven,
de kringloop waarvan wij later
weten: een vogelvlucht zonder
begin en zonder eind
afb: Simplonpas, Zwitserland