C’est ce qu’il y a de mieux
s’en aller
s’évader
quelque chose qui dit:
viens,
venir c’est le plus beau
avant d’arriver
on est toujours là
pourquoi
pour qui
je me demande
s’en aller
tout doucement
et arriver
venir
cueillir
et,
enfin
être là,
là où tout devient
Lumiére
(Taverne/Restaurant/Pizzeria « L’étoile de Basilique », Avenue du Pantheon 70, Bruxelles/Koekelberg, 14:44)
My son Bert Vercnocke just won the FamelabNL competition with his talk on black holes and string theory. He can now compete in the world finals in Cheltenham UK next June! Very proud father!
Proef, proef nu je adem
en vertoef dan in de velden van de hoop,
loop hoog, duik diep in hemels van verlangen,
drink, drink gulzig, onbevangen,
laat alle ballast vallen,
het oppervlak binnen bereik,
verlaat het nest, verlaat het nest
een nieuw ontwaken werd geboren, O
proef, proef nu je adem,
spreek het uit, geloof dat duisternis
slechts aanloop naar dit weten was,
dat je uit diepe slaap gewaaid bent,
ontvangen in de open armen van de wind, O
proef, proef nu je adem,
laat hem golven en wees onbevangen, ga,
wees opgenomen, welkom in de Grote Wende
die zich in je keert,
die niet meer te ontkennen is,
zoals de vogels fluiten en van tak
tot tak hun lied laten weerklinken,
oorverblindend: kijk:
proef, proef nu je adem,
en hoe die op en neer over de golftoppen
het schuim doet opspatten,
wees niet bevreesd,
het is klaroengeschal,
het Nieuwe Leger dat ten strijde trekt,
de boeien los
en alle vuurtorens bakenen met lichtpijlen
de nieuwe zonnewende van dit onbekend seizoen,
proef, proef nu je adem,
laat hem schallen,
maak alle stilte wakker,
er zijn nieuwe wetten die de droom hebben verlaten,
zij vleugelen over dit onbetreden niemandsland,
vrees niet,
verwelkom nu dit eeuwig leven aan de dood voorbij,
geniet van onvermoede paradijzen,
lichtjaar ben je geworden, O
proef, proef nu je adem,
smaak de zoete geur van overwinning
die je zonder slag of stoot
en zonder bloedvergieten aangeboden wordt,
je hoeft niet meer te twijfelen
want alle zoeken is nu opgelost in dit oneindig duren,
een blijvende aanwezigheid,
gooi alle trossen los,
dit is de Grote Wende,
wees paraat,
geen achterblijven meer,
verblindend Licht zal alle leed verteren,
en uit de asse zal één Lans verschijnen
die de banier zal dragen
van een weerloze omwenteling, O
proef, proef nu je adem
want hij zal je dragen,
ver voorbij je hunkeren, O ja
de Grote Wende is opnieuw geboren,
en draagt de vruchten van onstuitbaar mededogen,
het teken van heropstanding,
de adem van herinnering,
vergeet, vergeet,
gebed in Liefde overstroomt de hemel.
Het is zoals met licht van sterren, wat
we zien is slechts de afdruk van verhalen
die reeds lang voor ons geschreven zijn,
wij leven in een veld dat enkel nog
bestaat in de herinnering, terwijl we lezen
worden op hetzelfde ogenblik en ver van
hier al nieuwe regels toegevoegd die niet
voor ons meer te ontdekken vallen maar
voor de kinderen die nu nog niet geboren+
zijn, zoals de regen voor het zonlicht moet
verdwijnen, en wolken voor de wind, zo is
het ook met ons: wij keren telkens terug
naar oceanen tot we opgezogen worden
of verstijven, tot zonnestralen ons weer
zachtjes oplichten, en zoals sterren wij dan
plots verschijnen uit en in het Niets, een
Mantel opent zich, twee vleugels reiken
van Begin tot Eind, een Lichtflits schudt
het verenkleed, uit onze handen vloeit
betekenis die oplicht aan de hemels waarin
kinderen de dromen vangen die wij daar
achterlieten, ja waarlijk, het is zoals met
licht van sterren: zij dragen de vruchten
van het veld dat enkel nog bestaat in de
herinnering, maar nooit vergeten wordt,
tot nieuwe ogen wakker lezen wat ooit
bedoeld was te ontkiemen in één ogenblik.
(dit gedicht haalde de top 1000 van de Turing Gedichtenwedstrijd 2015)
De stilte in mijn hoofd is oorverdovend, terwijl ik
in je ogen kijk lijkt het een wonder dat zelfs jij niets
opmerkt van dit overdonderend verhaal, ik kan het
niet begrijpen, ik kan het niet geloven, wij kunnen
elkaar niet bereiken als de taal ontbreekt.
De hemel boven lijkt steeds verder weg, hoe hoger
ik wil klimmen hoe nauwer lijkt de opening te worden
waarlangs licht naar binnen sijpelt, alsof ik neerwaarts
donder in een omgekeerde waterval, ik hap naar lucht,
ik adem dieper maar de lucht wordt ijler, hoe meer ik
snak naar zuurstof hoe lichter voel ik in mijn hoofd,
steeds lichter, mijn armen worden vleugels, ik kan nog
enkel wieken, het wordt steeds minder mogelijk om
verzet te bieden tegen deze drang die opwaarts stuwt,
er is een zwaartekracht die sterker is, die dwingend
overneemt van ademhalen, ik word ontvangen in
luchtledigheid waarin ik eindelijk spreken kan:
“Ik ben niet meer en toch kijk ik je aan, reik ik je aan:
ik bied je oogverblindend inzicht in mijn taal, schenk
mij jouw stilte, oorverdovend, overdonder en beadem
mij, ik bid je nu, wek me tot leven, luister, vertaal dit
sprekend zwijgen, spreek me aan, doorzie me, bereik me,
herken me, raak me aan, ik weet dat je er bent, ik vraag je:
denk me om, gebruik mijn glimlach en maak er de sleutel
van die de geheimtaal van mijn ziel ontcijfert, breek mijn
code, open mij, treed binnen alsjeblief, vergeet mijn zinnen,
en ik schenk je mijn verhaal.”
De stilte in mijn hoofd is oorverdovend, terwijl ik
in je ogen kijk lijkt het een wonder dat zelfs jij niets
opmerkt van mijn overdonderend verhaal, ik kan het
niet begrijpen, ik kan het niet geloven, wij kunnen
elkaar niet bereiken omdat je mijn taal niet spreekt.