Sterrenlicht

Het is zoals met licht van sterren, wat
we zien is slechts de afdruk van verhalen
die reeds lang voor ons geschreven zijn,
wij leven in een veld dat enkel nog
bestaat in de herinnering, terwijl we lezen
worden op hetzelfde ogenblik en ver van
hier al nieuwe regels toegevoegd die niet
voor ons meer te ontdekken vallen maar
voor de kinderen die nu nog niet geboren
zijn, zoals de regen voor het zonlicht moet
verdwijnen, en wolken voor de wind, zo is
het ook met ons: wij keren telkens terug
naar oceanen tot we opgezogen worden
of verstijven, tot zonnestralen ons weer
zachtjes oplichten, en zoals sterren wij dan
plots verschijnen uit en in het Niets, een
Mantel opent zich, twee vleugels reiken
van Begin tot Eind, een Lichtflits schudt
het verenkleed, uit onze handen vloeit
betekenis die oplicht aan de hemels waarin
kinderen de dromen vangen die wij daar
achterlieten, ja waarlijk, het is zoals met
licht van sterren: zij dragen de vruchten
van het veld dat enkel nog bestaat in de
herinnering, maar nooit vergeten wordt,
tot nieuwe ogen wakker lezen wat ooit
bedoeld was te ontkiemen in één ogenblik.

Bernadette

Vuur heeft voedsel nodig, maakt dan
Licht en spreekt over de verste sterren
heen. En zo leggen we voorraden aan
zodat we warmte krijgen, zodat ons
Hart kan blijven kloppen, bloed stroomt
af en aan, O ja, het Vuur heeft voedsel
nodig, en toch zijn we hier aangeland,
wie heeft dan onze voorraad aangelegd?
Als ik Je voeten kus weet ik het weer: zoals
het water stromen kan uit bronnen aan
het oog onttrokken zo is het ook met Jou:
Je bent onuitputtelijk, een waterput waar
van Jij enkel weet hoe diep de bodem al
dit weten draagt, ja waarlijk: Vuur heeft
voedsel nodig, want hoe was ik hier anders
aangeland?

Vingerlicht

Zoals je ogen binnenkijken en je
lippen dan verstillen zou ik willen,
zoals je vingers dan bewegen en
onmerkbaar zacht verlichting
vangen, het uitstrijken, de droom
velden tot leven brengen waarin
ik enkel duisternis kon vinden, O,
zoals je ogen binnenkijken en je
lippen dan verstillen zou ik willen,
zoals je vingers dan beminnen, de
glooiing vinden om er te ontginnen
wat zich slechts mondjesmaat laat
innen, O, het is een wonder, je zingt
de kleuren waarin ik geboren werd
en die ik nu herken, nu, nu, wanneer
jouw vingers slechts in dromen door
mijn zinnen borstelen, O, zoals je
ogen binnenkijken en je lippen dan
verstillen zou ik willen, ik zou je hier
bij mij opnieuw in doeken willen
vouwen, je droomvelden dan zo tot
leven brengen, de duisternis voorbij
en jij zo klaar om nog eens duizend
maal en meer dit kleurenspel te
vangen zodat mijn ogen binnenkijken,
mijn lippen dan verstillen en je
willen, je ontplooien, tot mijn vingers
dan bewegen en onmerkbaar die
verlichting vangen.

Wiegelied

Kom, kom hier, kom bij me
ik neem je in mijn armen kind,
voor jou zing ik dit wiegelied,
zoals toen je nog in me woonde
we samen waren, onafscheidelijk,
verbonden door een levenslint.
Kom, kom hier, kom bij me
ik neem je in mijn armen kind,
met jou wil ik dan bidden kind,
opdat je lippen enkel woorden
kussen waaruit Liefde spreekt,
zoals je tot mij sprak toen je
nog in me woonde.
Kom, kom hier, kom bij me,
blijf nog even, zodat we samen
zweven tussen sterrenwolken
en dit alles glimlachend
aanschouwen, heen en weer
en heer en weer op golven
van dit vredig samenwonen.
O, kom, kom hier, kom bij me
kind, O, blijf nog even, laten
we drinken van elkaar en
schenken, een geschenk dat
deze dag als edelsteen markeren
zal, haar Licht zal schitteren,
herkenbaar zal je zijn, altijd
bij mij, ik zal je altijd vinden.
O, kom, kom hier, kom bij me
kind, want als ik je dan vind
zullen mijn tranen van geluk
dan schitteren naast jou als
sterren die door wolken
priemen, getallen opgeteld
verenigd, opgelicht verlicht.

Verwachting

Kinderen dragen in hun hart nog alle dromen,
gekoesterd door de warmte van zuiver verlangen,
ze zijn nog open, onbevangen, kwetsbaar, zoals
de zon, die altijd schijnt  niet enkel Licht geeft
als de dag opduikt, maar ook tijdens de nacht
nog helderheid kan tonen wanneer  de maan,
haar tweelingziel, zich aan het firmament komt
tonen. Zo is het ook met ons, die ouder dan geworden,
datzelfde kind nog dragen, open, onbevangen,
kwetsbaar, en het vaak pas vrijuit laten spelen als
we vertrouwen vinden, warmte of een troostend woord,
als we ons openstellen voor oprechte uitnodiging,
een koestering. En pas als we een veilig onderkomen
kunnen bieden aan het ons toevertrouwd verlangen
hier onze dromen uit te leven, zoals  de maan
aan zonnestralen, dan zal er vreugde zijn, dan
zal  vervulling zijn gevonden van onze diepste
wens, te bloeien als een kind dat welkom  is, zoals
een bloem die zich pas open plooit bij het ontvangen
van het Licht omdat ze dat verwachtte.

%d bloggers liken dit: